Waarschuwingen op Internet, ten aanzien van reizen naar en door Oost-Europa

 

 

 

 

Soms lijkt het alsof al die waarschuwingen ondermeer op Internet, ten aanzien van reizen naar en door Oost-Europa, geïnspireerd zijn door reisbureaus annex touroperators.

 

 

Toegegeven, ik heb een speciale voorliefde om in de landen van het zogenaamde voormalige Oostblok rond te reizen en wel om een groot aantal redenen. In het kort zal ik de belangrijkste hiervan weergeven: de bijzondere hartelijke bevolking en dit ondanks de soms immense taalproblemen. De adembenemende architectuur van vele steden. De relaxte sfeer en het gemis van het begrip haast en zeker niet te vergeten: het sympathieke prijspeil, voor ons westerlingen althans. Maar toch word je regelmatig geconfronteerd met allerlei waarschuwingen en soms regelrechte ‘horrorverhalen’ aangaande (auto)-diefstal, corruptie van lagere overheden en soms ‘botte’ behandeling. Helemaal wordt het gevaarlijk als je die verhalen allemaal mag geloven, als je dan ook nog eens met een creditcard betaalt links en rechts. Dan vliegen de ‘spookafrekeningen’ je later rond de oren.

 

In sommige gevallen lees je van kidnapping, mensensmokkel en onvrijwillige verblijven in haast middeleeuwse politieverblijven, annex cellen. Uiteraard met dito behandeling. Alleen de folterapparatuur van de voormalige inquisitie ben ik nog net niet tegengekomen in al deze ‘goed’-? bedoelde waarschuwingen. Feit is dat ik zowel vóór de zogenaamde wende, alsook dáárna vele malen in haast alle Oost-Europese landen geweest ben. Gelogeerd heb in allerlei onderkomens. Variërend van overnachtingen bij particulieren tot en met de duurste staatshotels. Me soms wel en soms helemaal niet verstaanbaar kon maken en derhalve soms volledig afhankelijk moest opstellen van diegene waar ik op dat moment mee van doen had.

 

Laat ik dit zeggen: na vele, vele jaren met dito vele reiservaringen in zowel oost als west moet ik eerlijk toegeven, dat ik ondanks mijn alertheid en ervaring inderdaad beroofd ben geweest. Inderdaad ook slachtoffer ben geweest van zeer onheuse behandeling van (semi)- overheidspersoneel. Inderdaad ook weleensgeript’ ben geweest in hotels en restaurants. Echter nimmer in juist dié landen waar ik toch een ‘lans voor wil breken,’ maar u toch tevens voor wil waarschuwen. De landen van het voormalige Oostblok! Want als u er naar toegaat en verwacht dat u er net als bijvoorbeeld in Duitsland of in België even kunt ‘rondcrossen,’ ja dan kan het weleens fout aflopen. De nodige voorzichtigheid in acht nemen is te allen tijde een goede raad en zeker in die streken. Daarom stel ik onomwonden, dat het voor mensen die weinig tot geen ervaring hebben om zelf een en ander te regelen en te organiseren, wellicht beter is om georganiseerd naar deze landen toe te gaan in plaats van op ‘eigen houtje.’

 

Dé allergrootste fout die men kan maken in dit soort landen is je daar te presenteren als de ‘bon vivant,’ de rijke uit het westen, met een ‘poenerige’ auto en zoals ik soms gezien heb: met een halve ‘juweliersetalage’ behangen. Vergeet niet dat een overgrote meerderheid van de mensen in sommige van die landen rond moeten komen van nog geen honderd euro per maand of zelfs minder (bijvoorbeeld in de Oekraïne, Moldavië, Albanië en op sommige plaatsen in Rusland). Wat vele West-Europeanen ook wel eens voor een handje hebben, is de aangeboden accommodatie met een ‘westers oog’ te beoordelen, af te keuren en hiervan op luidruchtige wijze kennis van geven. Als men dan niet realiseert dat men toch wel het beste krijgt van wat daar op dat ogenblik te geven is, zeker als het faciliteiten bij particulieren betreft, dan heb je niet alleen een ‘bord voor de kop,’ maar men kwetst de van nature gastvrije bevolking tot in het diepst van de ziel. Veelal zal men echter kennismaken met de andere kant van wat men denkt aan te treffen. De geboden gastvrijheid zal dan vaak niet voldoen aan onze vijfsterren-eisen, maar dat wordt dan weer dikwijls goedgemaakt met de allerhartelijkste vrijgevigheid en gastvrijheid die je je maar kunt voorstellen.

 

Hoe vaak heb ik het niet meegemaakt dat ik, bijvoorbeeld twee nachten verblijf bestelde mét ontbijt, voor een bedrag waar men in Nederland amper genoeg aan heeft om bij McDonalds te lunchen en dat ik naast dat inclusieve ontbijt dikwijls uitgenodigd werd aan hún tafel, hún middag- en avondmaal en mee mocht genieten van hún wijn en andere drankjes, al of niet illegaal gestookt. Om nog maar niet te spreken van allerhande al of niet lekkere hapjes, die men dacht mij te moeten laten proeven. Kom daar eens om in het zogenaamde rijkere westen? Wat die illegale drank aangaat, ach ik ben in geen enkel opzicht een fiscaal ambtenaar, dus daar sluit ik gaarne de ogen voor. Zeker als men de levensomstandigheden kent van het merendeel van de bevolking. Een geheel ander aspect waar men terdege rekening mee moet houden, is de nog steeds niet helemaal naar westers model functionerende dienstverlening. In de nieuwe EU-staten valt dat inmiddels al wel redelijk mee, maar hoe verder je naar het oosten gaat, hoe minder ervaring men hier nog mee opgedaan heeft en hoe meer men toch nog ‘behept’ is met de onvriendelijke en soms nukkige wijze van bediening en te woord staan. Want een klant is een hinderlijk gegeven, dat was de houding in de communistische dagen van weleer. Langzaam maar zeker is deze houding wel aan het veranderen en op het moment men echt een persoonlijk contact krijgt met deze mensen, dan blijken zij ineens als een blad om te slaan en veranderen in de allerhartelijkste mensen die je je maar voor kunt stellen en dan is niets hen meer te veel.

 

Vergeet niet dat het voormalige communistische systeem tientallen jaren daar gedomineerd heeft. Hele generaties kenden niets anders en dienstverlening was een ongekend begrip. Waarom zou men toen ook? Men kreeg z’n geld toch wel, hoe men ook functioneerde. Velen denken dat in 1989/1990 het communisme ineens was afgeschaft en dat men van de ene op de andere dag omgetoverd zou moeten zijn in een klantgerichte en dienstverlenende kapitalist. Niets is minder waar. Dat proces is, zeker in het meer oostelijke gedeelte van Oost-Europa nóg steeds in gang en het zal nóg wel een aantal jaren duren, vooraleer men aan ‘onze normen en levenswijze’ gewend is. Als u hier geen rekening mee wenst te houden, dan is een reis naar die contreien voor u eerder een bezoeking dan een ontspanning. Neemt u de mensen zoals ze zijn en toont u een beetje begrip en verwacht u geen vergulde waterkranen op de hotelkamer dan heeft u daar de vakantie van uw leven, voor relatief weinig geld en doet u indrukken op die werkelijk onbetaalbaar zijn en dan is de kans dat u vriendschappen voor het leven sluit geenszins uitgesloten. Maar terugkomende nu op mijn aanhef van dit hoofdstuk: de waarschuwende woorden van de touroperators. Dan moet het mij van het hart, zeker gezien de prijzen die ze durven te berekenen en die dan gerelateerd aan het daar ook overigens stijgende prijspeil, dat men u liever in hun vliegtuig of touringcarstoelen heeft zitten, dan dat u er zelf op uitgaat. Als men een beetje angst heeft voor het onbekende zal men eerder geneigd zijn, als men dan toch nieuwsgierig is, zoveel mogelijk risico’s uit te sluiten. Dus georganiseerd erheen te gaan in plaats van op ‘eigen houtje.’ In sommige gevallen misschien wel goed, maar u betaalt er wel een erge hoge prijs voor. Mét geduld én een beetje begrip en een niet al te opdringerige houding, kunt u daar wonderen voor elkaar brengen die in veel gevallen dan ook nog eens recht uit het hart komen en niet verbloemd worden door een gemaakte ‘tandpastaglimlach,’ die men vaak hier in deze contreien tegen zal komen.

 

Conclusie: voor badgasten die de vier- en vijfsterrenhotels in Spanje, Italië, Griekenland of elders gewoon zijn en voor wie de aandacht van een ober eist door te knipperen met de vingers en ook voor hen die denken dat politieagenten echte boeven dienen te vangen, omdat ze daar vorstelijk voor worden betaald, wel die dienen deze landen de eerste tientallen jaren voorlopig nog maar te mijden. Voor deze verwende gasten adviseer ik dan ook een negatief reisadvies. Maar voor hen die van de nood soms een deugd kunnen en willen maken, zich kunnen en willen aanpassen en begrip kunnen en willen tonen voor andere culturen, hen wil ik adviseren alvast de koffers maar te gaan pakken. Overigens met niet te veel spullen, die kunt u beter daar kopen. Het is er in overvloed! Bovendien goedkoper dan hier en … u helpt de economie daar ook nog een beetje die grote berg op, waar ze tegenoverstaan en soms niet weten hoe er overheen te kunnen komen.

 

 

Silvia Videler.

 

Januari 2007

 

Home